maandag 28 maart 2011

Muze op Maandag: gevouwen bewijsstukken

Foto: GeoNando
Bron: http://www.flickr.com/photos/daveiga/2455834057
Vandaag was de diploma-uitreiking van de cursus 23 Dingen in Tresoar. Diploma? Zit daar niet een snufje oudheid aan? Muze op Maandag zoekt het uit.

Het woord diploma komt uit het klassiek Grieks en betekent  'iets dat is verdubbeld'. Het is een afgeleide van het Griekse werkwoord diplo-oo dat ' verdubbelen' betekent. Een diploma is een dubbelgevouwen of in tweeën gevouwen schriftdocument op perkament, papyrus of (meestal) als twee schrijfplankjes (diptychon) die zijn samengebonden. Het doel ervan is de tekst aan de binnenzijde te beschermen. De buitenzijde was onbeschreven. Het Griekse diploma kreeg de betekenis via 'gevouwen document' naar een 'aanbevelingsbrief', 'reispas' of 'ontvangstbevestiging'.

Het Latijn neemt het Griekse diploma over (ook: diploma). Diploma's zijn in de Romeinse oudheid vooral dubbele schrijfplankjes. Na het senaatsbesluit van Nero in 61 n. Chr. krijgen dit soort documenten voorschriften voor tekstopbouw en verzegeling. De betekenis breidt zich ook uit. Het Latijnse diploma kan ook betekenen: 'gerechtsdocument', 'geleidebrief', en 'keizerlijke document' waarin onder andere voorrechten werden verleend (patent) zoals het Romeins burgerrecht. Via 'patent' komen we in het Nederlands bij een bewijsstuk van bekwaamheid. De rest spreekt voor zich.

En het certificaat of het testimonium, hoor ik je al denken? Certificaat is gebaseerd op middeleeuws Latijn certificare ('zeker maken') dat is samengesteld uit certus ('zeker') en facere ('maken'). Een testimonium is wel weer 'ouderwets' Latijn ('getuigenis' of 'bewijs').

En nu: hora est.

0 reacties: